Het verhaal van het kerkgebouw

De geschiedenis van onze kerk gaat terug tot 1888. Zie de tijdlijn van de ontwikkeling van onze kerkelijke gemeente tot de Protestantse Gemeente IJsselstein in 2007.
Het verhaal van het huidige gebouw begint ronde de eeuwwisseling. In 2005 is ze ingrijpend verbouwd om ruimte te bieden aan de nieuwe gefuseerde gemeente. Aan de buitenkant valt het nieuwe uiterlijk op: de west- en zuidgevel bestaan uit panelen die naar elkaar toe in de hoogte oplopen tot ze samenkomen in de kruisvorm op de hoek.

De kerkzaal
De belangrijkste verandering is de kerkzaal zelf. Als je de kerkzaal binnen loopt wordt je direct getroffen door de ruimtelijke werking die ontstaat door het oplopende dak aan weerskanten van de diagonale steunbalk en door de wand van het stiltecentrum in de lichtste hoek. De verspringende muurvlakken vangen het strijklicht van buiten.

De pleinopstelling
Even sta je stil bij de aanblik van dat alles- je houdt even in. De ruimte doet zijn werk in - en aan je. Je ziet de avondmaalstafel, de paaskaars, de lezenaar het orgel en de wand voor het stiltecentrum.
Je hebt de keuze: "Ga ik links, rechts of rechtdoor?". De pleinvorm dwingt je tot een keuze, maar niet alleen dat. De boogvorm aan weerszijden van het plein versterkt ook het gezamenlijk vieren: we zien elkaar letterlijk in de ogen, rond de tafel, de lezingen en de uitleg. Bijzondere gebeurtenissen zoals doop, belijdenis en inzegening vinden plaats in het midden van de gemeente. We zitten er in een kring omheen, ieder met zijn of haar eigen verhaal.

De bron
Bij binnenkomst kom je eerst langs een rotsblok, wat je keuze ook was. Een zwerfkei met warme kleuren, ruw van buiten. Maar ook een gepolijste, gladde bol en een bassin met water. We noemen het 'de bron'. Je gaat langs de levensbron. Daar vind je de fundamenten van je bestaan. Daar wordt het vruchtwater, levend water geput. Daar wordt je gelaafd, of gereinigd. Het water maakt je als het ware gereed maakt God te ontmoeten.

De verbeeldingen aan de wanden
Aan de wanden van de kerkzaal hangen panelen met verbeeldingen. De panelen vormen samen een verhaal.
Bij de vorming van de nieuwe gemeente zijn we samen met twee kunstenaars op weg gegaan. We vertelden elkaar onze levensverhalen. Die gesprekken maakten de weg vrij om vanuit ieders - hervormde of gereformeerde - geschiedenis samen aan een nieuw verhaal te schrijven: dat van onze protestantse gemeente.
We vertaalden onze levensverhalen in beelden die we in etsen vastlegden. De etsen zijn te zien bij de ingang van de kerkzaal.
Kenmerkende lijnen en symbolen uit een aantal etsen werden als uitsneden in de panelen aangebracht. De panelen hangen vrij op enige afstand van de muren. Als de zon schijnt ontstaan er in de uitsneden en de rond de panelen een kleurenspel.
Wil je meer weten over de ontstaansgeschiedenis zie dan de speciale pagina's over het kunstproject 'Over wegen'.

Het stiltecentrum
Het stiltecentrum vind je achter de stiltewand. De stiltewand met het lege kruis, het orgel en aan weerszijden de bijbel, collectezakken en de bloemen.
Tussen de stompe hoek en de ronde wand ben je omarmd. Het zachte wit omsluit je. Het geeft je een veilig gevoel. Je kunt er zitten op de kerkbanken, of op een kruk en je eigen plaats zoeken. Ook kun je (met een kussentje) op de grond zitten.
Je kunt hier je aandacht richten op jezelf, op anderen, of op God. Je kunt hier bidden, bv. op de knielbank, wat lezen, muziek luisteren, een kaarsje branden, nadenken, of gewoon even stil zijn.

Een paar nissen geven iets te kijken.
Het boeket in de betegelde nis staat naast een kaars. Die kun je branden als je dat wilt. In de gekantelde nissen zitten twee textiel werken. In de kleine nis zit een spiraal van lagen vilt gerold. Tussen de lagen zit een vondst uit de aarde: een potscherf, een steentje, een botje, een slakkenhuisje. Het kan je doen denken aan de tijd, of aan je leven.
In de grote nis zie je een bewerking van een kleine ets. Die ets is een lijntekening die in vrije vorm het labyrint van de vloer van de kathedraal van Chartre voorstelt. Ze verbeeldt een levensweg. Het centrum- dat is waar je heen gaat. Gaande in grote kringen omcirkel je dat centrum. Soms nader je het, en dan plotseling zwenk je weer naar buiten. Tenslotte kom je in het hart. 
Aan de andere zijde vind je het raamgedicht over licht van Hans Andreus.

Bij de gedenkplaats staat het doopvont. Luther beschouwde de doop als het fundament van je leven. Dat fundamentele is in de kerkzaal permanent vertegenwoordigd in de zwerfkei. In het stiltecentrum zien we het terug in het doopvont.

De grote verlichte nis is een plek om te schrijven. Dat kan in het boek, als je ook gelezen wilt worden en anders op los papier. Wie iets van zich af wil schrijven of iets af wil sluiten en dat dan achter laten kan dat doen in een klein ritueel: de stenen nis heeft genoeg geheime plekjes om je briefje op te bergen.

Gedenkplek
Voor een aantal elementen uit de oude kerk die we niet graag wilden missen kozen we een plaats en een functie. De doopsteen uit de Burchtkapel kon precies de afdekplaat vormen voor een hoge piëdestal die we zien als drager van allerlei symbolen. Vast element is de icoon van de Emmaüsgangers.

De Icoon van de Emmaüsgangers voor de Protestantse Ontmoetingskerk te IJsselstein is geschonken door de Rooms-Katholieke Sint Nicolaasparochie te IJsselstein (nu de RK Geloofsgemeenschap van de Sint Nicolaasbasiliek). De icoon is een naschildering van een fresco in een van de kloosters op de berg Athos in Griekenland, door pastoor Paul Brenninkmeijer. Pastoor Brenninkmeijer was tot 1 januari 2006 verbonden aan de Sint Nicolaasparochie. De icoon is gewijd voorafgaand aan de Goddelijke Liturgie in de Wladimirskaja gemeenschap te Utrecht op 18 februari 2007. Ze heeft nu haar plaats in het Stiltecentrum.
We zien Christus die zichzelf openbaart als de Verrezene, aan de leerlingen in Emmaus.

"Zij herkenden hem bij het breken van het brood"
(Lucas 24:35)

Ook de doopschalen uit Poort en Burchtkapel kregen hier een nieuwe plek: alle dopelingen en overledenen krijgen hun naam in een wit marmeren steentje. Zo kunnen we aan hen denken.